Casio PX-410R Handbuch Seite 60

  • Herunterladen
  • Zu meinen Handbüchern hinzufügen
  • Drucken
  • Seite
    / 100
  • Inhaltsverzeichnis
  • LESEZEICHEN
  • Bewertet. / 5. Basierend auf Kundenbewertungen
Seitenansicht 59
D-58
Melodiegeheugenfunctie
Om de sporen 2 en 6 op te nemen
m.b.v. stapopname
Deze procedure beschrijft hoe noten stuk voor stuk kunnen
worden ingevoerd waarbij de toonhoogte en lengte van elke
noot ingesteld kan worden.
1
Druk driemaal op de SONG MEMORY toets om de
real-time opnamestandbyfunctie in te schakelen en
gebruik vervolgens de cijfertoetsen om een
melodienummer (0 tot en met 4) te selecteren.
Het melodienummer dat u instelt zou de melodie
moeten zijn waar u eerder Spoor 1 invoerde.
2
Kies het spoor (2 6) waarop moet worden
opgenomen met de SONG MEMORY TRACK
toetsen.
Voorbeeld: Selecteer Spoor 2.
3
Stel een toonnummer in.
Door indrukken van een TONE toets of de DRAWBAR
ORGAN toets worden het toonnummer en de
toonnaam op de display verkregen. U kunt dan de
cijfertoetsen, of de [+] (verhogen) en [] (verlagen)
toetsen om de toon te veranderen.
Druk na veranderen van het toonnummer op een
klaviertoets om het naamscherm en het toonnummer
te wissen en terug te gaan naar het nootinvoerscherm.
4
Voer m.b.v. de klaviertoetsen noten in of rustpauzes
met cijfertoets [0].
Op dit moment, toont de display de druk op de
klaviertoetsen (snelheid). Gebruik de [+] (verhogen)
en [] (verlagen) toetsen om de snelheid te
veranderen.
U kunt ook een akkoord invoeren.
5
Gebruik de cijfertoetsen om de lengte van de noten
of rustpauzes in te voeren (pagina D-56).
6
Herhaal de stappen 4 en 5 om meer noten in te
voeren.
7
Druk op de START/STOP toets om de opname te
beëindigen wanneer u klaar bent.
Knippert
StS
g
1
p
ceRe
OPMERKING
Volg de procedure bij Corrigeren van fouten tijdens
stapopname op pagina D-59 voor het corrigeren van
invoerfouten die u maakt tijdens stapopname.
U kunt bij een spoor dat reeds data bevatte extra data
toevoegen door dat spoor te kiezen in stap 2 in de
bovenstaande procedure. Dit plaatst het startpunt voor
stap-voor-stap opname automatisch bij de eerste
maatslag onmiddellijk volgend op de eerder opgenomen
data.
Telkens wanneer u naar de sporen 2 tot en met 6
opneemt, fungeert het gehele toetsenbord als een
melodietoetsenbord ongeacht de huidige instelling van
de MODE toets.
Bij het weergeven van data die opgenomen zijn met de
geavanceerde tonen aan het begin van de meervoudige
sporen, gebruikt de digitale piano het DSP type van de
geavanceerde toon die opgenomen is bij het spoor van
de grootste spoornummer.
Bij het weergeven van een spoor dat opgenomen was
met een geselecteerde geavanceerde toon, kan er een
lichte vertraging plaatsvinden voordat de eerste noot van
het spoor te horen is. Mocht dit het geval zijn, probeer
dan om een korte pauze aan het begin van het spoor
toe te voegen.
Spoorinhoud na stapopname
Naast noten en rustpauzes worden de volgende data ook
opgenomen op spoor tijdens stapopname. Deze data wordt
toegepast telkens bij weergave van het spoor.
Toonnummer
Niveaumeterinhoud tijdens opname-/
bewerkingsstandby
De kanalen 11 16 komen overeen met de sporen 1 - 6. Tijdens
opname-/bewerkingsstandby (pagina D-60) van de digitale
piano geeft de niveaumeterdisplay aan welke sporen reeds
opgenomen en welke nog steeds leeg zijn. Sporen met 4
verlichte segmenten bevatten reeds data terwijl sporen zonder
verlichte segmenten geen data bevatten.
Spoor waarop wordt
opgenomen
Spoor waarop niet
wordt opgenomen
Seitenansicht 59
1 2 ... 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 ... 99 100

Kommentare zu diesen Handbüchern

Keine Kommentare